vrijdag 2 mei 2014

My worst date ever: de piloot

Ik moet erkennen dat ik niet geheel nuchter was tijdens onze eerste ontmoeting, die bewuste Koninginnenacht. Op het oog een knappe kerel, goed figuur, lekker lang, met van die azuurblauwe zwijmelogen. Hij was piloot bij Martinair vertelde hij en ik meen me te herinneren dat z’n naam Martijn was. Veel meer wist ik me niet te herinneren omdat de alcohol toch een behoorlijk gat in m’n geheugen had geslagen. Een week later volgde een echte date en ik keek er echt naar uit om hem weer te zien.

Helaas. Het begon al toen hij belde om af te spreken. Mijn knappe adonis heette geen Martijn, maar Dirk. Dirk? Zo heet een keutelboer uit de achterhoek. Kun je zo afknappen op iemands naam? Enfin, ik zette me over deze kleine teleurstelling heen en we spraken af bij een restaurant in Utrecht. Ik was casually late en mijn date zat al aan de chique gedekte tafel op me te wachten; wit tafellinnen, kaarsen, kristallen wijnglazen, het was zeker niet het minste restaurant, dacht ik opgetogen. Blijkbaar zat mijn date al enige tijd op mij te wachten, want hij had al een heel broodmandje en een bakje knoflookboter verorberd. Toen hij mij gedag zei en me op m’n wang zoende, sloegen de weeïge knoflookwalmen me in m’n gezicht. Even vertrok m’n hele lijf, door deze wantstaltige geur, die je natuurlijk nooit ruikt als je zelf knoflook hebt gegeten. Maar ja, voor een eerste date ga je natuurlijk geen knoflook eten, of uien, of welk ander stinkend ingredient dan ook. Martijn, die dus eigenlijk Dirk heette, plofte op z’n stoel. Heeeee, haaalllloooo? Waar zijn de galante mannen gebleven die voor je opstaan en je stoel aanschuiven? Voor ik goed en wel zat, begon hij direct zijn relaas: hij en z’n ex waren net uit elkaar. Naïef als ik was, rook ik nog steeds geen onraad, enkel een penetrante knoflooklucht misschien, maar ik was toen nog steeds vol goede moed op een leuke avond met wellicht een spannande afloop. Toch in ieder geval een beetje zoenen. Ik had toch wel pepermuntjes of kauwgom meegenomen?  Hij bestelde een biertje, terwijl ik een beetje had gehoopt dat we samen een goede fles wijn zouden drinken. Een kristallen glas verdween direct van het tafellinnen. Even overwoog ik om zelf dan maar een dure fles Chablis te bestellen maar ik hield me in met een glas bescheiden huiswijn. Dirk vervolgde zijn verhaal, dat steeds meer op een betoog ging lijken. Nog steeds over z’n ex uiteraard. Semi-geinteresseerd knikte ik hem af en toe liefglimlachtend toe, maar ik luisterde allang niet meer. Dirk had namelijk een vervelende eigenschap, die mij die bewuste nacht niet was opgevallen. Hij had zo’n saaie stem, dat je er spontaan bij in slaap viel. Geen enkele klemtoon werd benadrukt, geen vibraties of toonhoogtes in z’n stem. Gehypnotiseerd door z’n monotome monoloog, kijk ik naar z’n gezicht. Ik zie z’n lippen bewegen, maar ik hoor niets anders dan een geronk als van een vliegtuigmotor, of klonk het misschien eerder als het gezoem van een vervelende bromvlieg die om je hoofd vliegt. Ik ontdek iets groens tussen z’n tanden. Is het peterselie of iets waarvan ik de oorsprong wellicht absoluut niet wil weten. Af en toe dringen flarden van z’n woorden tot me door... “...dat kutwijf...”. Het gaat dus nog steeds over z’n ex. De ober komt de bestelling opnemen en ik ontwaak even uit deze hypnose.  Als de ober weg is, kijk ik in z’n ogen, de ogen die ik eerst zo prachtig vond. Nu zijn ze rooddoorlopen en de diepblauwe kleur is veranderd in een ondefineerbare kleur, als van de Noordzee. Hij is dronken besef ik. Opeens slaat de paniek toe. No way, dat die kerel z’n lamme, naar knoflook ruikende tong in m’n mond steekt! Hoe dronken was ik eigenlijk wel niet op die bewuste avond dat dit me allemaal ontgaan is? Hoe overleef ik deze avond op enigszins discrete wijze? Hellup....! Het voorgerecht wordt dan net opgediend....Oh ja, de rekening werd gesplit uiteraard. 

Me and my Prada's

Onderin mijn kledingkast staan ze, helemaal achterin. Mijn Prada schoenen. De zilveren studs schitteren tegen de zwarte ondergrond van het Italiaanse, soepele leer. Ze ruiken zelfs nog naar vers leer, de lucht van het Wilde Westen, van koeien, paarden, zadels en mannen met cowboylaarzen. Daar houdt de vergelijking ook direct op, want mijn Prada pumps hebben verder geen enkele overeenkomst met het Wilde Westen. Ze zijn elegant en chique met een hak van tenminste 10 centimer, die schuin afloopt in een klein puntje als van een naald of stiletto. Waarschijnlijk vandaar de term naald- of stilettohak. Ik zie mezelf al voor me op de prairie tussen de cowboys op stilletohakken.
Mijn Prada’s zijn ook niet echt gemaakt om mee op stap te gaan, om te dansen of om uberhaupt op te lopen, ze zijn eigenlijk alleen om af en toe naar te kijken. Erop lopen is zelfs een ware marteling. Ik heb ze namelijk iets te klein gekocht..... Zo herkenbaar voor iedere vrouw met een schoenenfetish.
Toch trek ik ze  zo nu en dan aan, even voor een uurtje, in de hoop dat ik ze dan, tegen beter weten in, een beetje inloop.  Maar wanneer ik die elegante, vrouwelijke vorm dan over mijn voeten heenplaats, onderga ik een geestelijke metamorfose. Ik voel me plots sexy, ik voel me Beyoncé, een ware mannenmagneet, sterk, oogverblindend en onoverwinnelijk, met kilometerslange slanke benen waarmee ik soepel over de rode loper paradeer. Ik ben op de Oscaruitreiking, camera’s flitsen om me heen en fans verdringen zich om een glimp op te vangen van mij en mijn Prada’s. Bekende actrices en fotomodellen kijken vol afgunst naar mijn meest waardevolle bezit...
Maar dan....Mijn voeten zijn het duidelijk niet eens met de veel te krappe maat 39,5 die ze omsluit en de ruim 10 centimeter hoge hak die toch mijn gehele gewicht moet dragen op slechts 1 vierkante centimer. Ze beginnen afgekneld te raken en mijn tenen voelen verkrampt alsof een soort spontane artritis zich er meester van heeft gemaakt. De betovering is direct verbroken en ik plof kermend op de bank. Niks elegants meer aan mij. Ik ben weer terug in de realiteit.
Snel trek ik de hoge pumps uit en direct beginnen mijn tenen te joelen van vreugde door de nieuw herwonnen bewegingsvrijheid. Mijn voetbed is inmiddels zeker 1 centimer ingezakt en kreunt onder mijn gewicht bij de eerst stap die ik nu schoenloos zet. De bal van m’n voet voelt alsof ik zojuist op hete kolen of een spijkerbed heb gelopen, waarschijnlijk allebei. Op mijn hiel is in een luttele 5 seconden spontaan een megablaar ontstaan, die eruit ziet alsof ie elk moment kan openbarsten om het zilte vocht te laten ontsnappen.

Wie mooi wil zijn moet pijn lijden, zeg ik tegen mezelf, terwijl ik mijn gewonde en uiterst pijnlijke voetjes toedek met het donzige schapenvachtje van mijn oh zo onelegante Uggs. M’n Prada’s verdwijnen weer voor een aantal maanden onderin de kast. Alleen om af en toe naar te kijken.